Op 11 maart 2024 werd bij de gemeente Haarlemmermeer in Hoofddorp een informatiebijeenkomst gehouden over de opslag en het reinigen van vervuilde grond op Schiphol. Naar aanleiding van deze bijeenkomst vertellen we graag meer over de milieueffectrapportage en het verdere verloop van de procedure.
De omgevingsdienst is verplicht te beoordelen of het nodig is een milieueffectrapportage (MER) op te stellen voor projecten zoals de grondreinigingsinstallatie die Schiphol wil gaan bouwen. De Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) heeft op 12 januari 2024 en 10 april 2024 adviezen uitgebracht waarin dit nog eens wordt benadrukt. De ILT adviseert daarin niet dat een MER noodzakelijk is, maar alleen dat een MER-beoordeling moet worden uitgevoerd.
Zo’n MER-beoordeling moet voldoen aan wettelijk vastgelegde criteria die gelden voor alle instanties die met de MER te maken hebben. De omgevingsdienst heeft deze beoordeling uitgevoerd, aan de hand van de wettelijke criteria, op basis van de door Schiphol ingediende plannen en de bij de omgevingsdienst aanwezige kennis en gegevens. Het resultaat van deze beoordeling is dat de omgevingsdienst besloten heeft dat een MER in dit geval niet nodig is, ook omdat een MER, gezien alles wat bekend is over de voorgenomen installatie, niet tot nieuwe inzichten zou leiden.
Tijdens de presentatie van de Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied op de informatieavond is mogelijk onterecht de indruk gewekt dat de Commissie mer betrokken zou zijn geweest bij de beslissing om geen milieueffectrapportage (MER) te laten uitvoeren voor de voorgenomen grondreinigingsinstallatie op het Schiphol-terrein. De Commissie mer komt in dit proces alleen in beeld als het bevoegd gezag (in dit geval de omgevingsdienst in opdracht van de gemeente Haarlemmermeer) besluit een MER te laten uitvoeren.
Over de grondreinigingsinstallatie Schiphol TTOP5 is nog geen definitief besluit genomen. De omgevingsdienst heeft nog niet alle benodigde documenten ontvangen van verschillende partijen om een eerste versie van zo’n besluit op te stellen (de ‘ontwerpbeschikking’). Deze wordt zodra mogelijk gepubliceerd via www.odnzkg.nl/bekendmakingen en officielebekendmakingen.nl. Daarna is het zes weken lang mogelijk een mening te geven over de ontwerpbeschikking in een zogenaamde zienswijze. Meer informatie over hoe dat werkt, staat in de publicatie via de hiervoor genoemde links. Deze zienswijzen worden meegewogen in een definitief besluit over de vergunning voor de grondreinigingsinstallatie Schiphol TTOP5.
Meer actuele informatie vindt u op onze dossierpagina’s over Schiphol.