In het Amsterdams havengebied en langs het Noordzee- en Amsterdam-Rijnkanaal staan elektronische neuzen, zogenoemde eNoses. De eNoses zijn grotendeels bevestigd aan lantaarnpalen op vaste plaatsen in genoemd gebied. Havenbedrijf Amsterdam en provincie Noord-Holland hebben deze eNoses aangeschaft om meer zicht te krijgen op de bronnen die geurklachten kunnen veroorzaken. Daarnaast bezitten enkele bedrijven eigen eNoses.
Dit eNose netwerk is tweeledig, namelijk:
Een eNose is een compact elektronisch meetinstrument uitgerust met vier sensoren, dat veranderingen in de luchtsamenstelling signaleert. De sensoren zijn niet gevoelig voor alle geurende stoffen: cacao- en koffiegeur bijvoorbeeld worden niet goed waargenomen door de eNose. Daarentegen wordt de geur van brandstofcomponenten door de eNose goed gedetecteerd.
De eNose is een kwalitatief meetsysteem, waarmee het niet mogelijk is een absolute waarde van de concentratie te achterhalen. Iedere eNose heeft een gsm-verbinding en is aangesloten op een centrale server, gekoppeld aan een databank. De Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied (OD NZKG) monitort de eNoses en rapporteert hier elk jaar over. De jaarverslagen vindt u bij onze Publicaties OD NZKG.
Via een digitaal beeldscherm met daarop een kaart van het gebied en de eNoses wordt een verandering van luchtsamenstelling zichtbaar wanneer bolletjes op het scherm (eNoses) van kleur veranderen. Een groene eNose is neutraal (geen verandering van de luchtsamenstelling). Bij een verandering in de luchtsamenstelling verkleurt hij naar geel, oranje. Bij een sterke verandering verandert de eNose uiteindelijk naar rood. Bij overschrijding van het alarmniveau (rood) verschijnt op het beeldscherm een pop-up en is een signaal hoorbaar.
Een eNose is een ‘indicatief meetinstrument’: het geeft een verandering van de luchtsamenstelling weer, maar geeft niet aan om welke stoffen het precies gaat en om welke hoeveelheden. De eNose is een hulpmiddel om de bron van geuroverlast te achterhalen. Als een eNose het alarmniveau (rood) overschrijdt dan blijft extra onderzoek nodig om te achterhalen wat er precies aan de hand is.
Bij een rode eNose onderzoekt onze eNose specialist wat er aan de hand is. Die checkt of we meldingen hebben ontvangen van geurklachten van omwonenden en / of ‘ongewone voorvallen’ (meldingen die bedrijven moeten doen bij afwijkingen van de reguliere bedrijfsvoering of bij incidenten) en betrekt ook de windrichting daarbij. Soms is het ook noodzakelijk dat onze eNose specialist de situatie ter plaatse gaat beoordelen. Op deze manier proberen we de bron van de verhoogde emissie te achterhalen.
Als blijkt dat een bedrijf de veroorzaker is nemen we daarmee contact op. We geven dan aan dat de eNose uitslaat, we vragen wat er aan de hand is (oorzaak) en wat eraan gedaan wordt om de emissie te beëindigen. Als een schip de bron lijkt te zijn nemen we contact op met Havenbedrijf Amsterdam met het verzoek te achterhalen wat er aan de hand is.